Het was nacht. De volle maan stond aan de hemel. Samen met talloze sterren. Ergens in de verte was een uil te horen. Net buiten het schoolterrein was een lange gestalte te zien. Door de duisternis was echter niet te zien wie of wat dit was. Pas toen deze in het vage maanlicht kwam, was het een beetje te zien. Jake keek naar de maan. Zijn linkeroog leek echte reen lichtere gloed te hebben dan zijn rechter. Toen deed hij zijn vuist omhoog, en keek ernaar. Hij spande de pezen van zijn vuist een beetje aan. Nu waren er lichtpaarse vonkjes te zien, die licht knetterde. Toen maakte hij een beweging met zijn hand, en deze was nu omringt door statische lichtpaarse vonken. Af en toe kwam er een vonk tegen een blad aan. Deze verdorde meteen bij aanraking van de vonken. Toen ontspande hij zijn pezen weer, en de vonkjes verdwenen weer. Zijn ware aard was hier prima te zien geweest. Een magiër die duistere krachten had. Toen hij weer uit het maanlicht ging, richting het meer, ging het teken in zijn oog ook uit. Alsof deze werd getriggerd door het maanlicht. Eenmaal bij het meer aangekomen, ging uit de schaduw, in het maanlicht. Nu echter was zijn teken niet opgelicht. Hij keek weer naar de maan, en toen naar het meer. Door de reflectie van het meer, leek deze bijna identiek aan de hemel erboven. Het zou maar zo een soort van raam naar een andere wereld zijn geweest, als de kleine rimpelingtjes in het water er waren geweest. Hij zuchtte even. Daarom hield hij zo van de nacht. Alles wat s'nacht verborgen werd door de zon, was nu goed te zien.
Een meisjes stem bracht hem uit gedachten. Hij keek om zich heen waar de stem vandaan kon komen. Toen zag hij dat er een meisje, niet ver van hem vandaan zat. Ze zat bij het water. Urgh...en Jake had gedacht dat hij nu in zijn eentje zou zijn...hij had nu echt geen zin om te praten met mensen...Ah well..ze had hem nu toch gezien..Hij liep naar het meisje toe. "Een goedenavond." zei hij op zijn altijd keurige toon.